Taus Makhacheva en Friesland, nu in het Fries Museum
Friesland is een provincie binnen Nederland, maar heeft tegelijkertijd een eigen taal en cultuur. Het bevindt zich aan de periferie, maar is ook een centrum in zichzelf. Deze tweeledige identiteit biedt een onderscheidende blik op de wereld. Deze situatie sluit goed aan bij de tweeledige situatie van waaruit Taus Makhacheva geïnteresseerd is geraakt in het begrip identiteit en het altijd ambigue karakter van identiteit en cultuur. In vrijwel alle werken van Makhacheva is het begrip identiteit geïntegreerd in het werk, en het werk stelt vragen rondom gender, cultuur en authenticiteit.
2020 is een historisch jaar vol grote gebeurtenissen met in de eerste plaats Black Lives Matter, de coronacrisis, de stikstofcrisis en de protesterende boeren. Friesland ligt in het hart van al deze gebeurtenissen. De coronacrisis bracht een run op huizen in Friesland teweeg, Randstedelingen vinden dit hèt moment om een tweede huis in een meer landelijke omgeving te kopen. De trekkers van de boeren brachten het land even tot stilstand, juist in de plattelandsprovincie Friesland was de actualiteit van dit thema voelbaar. Al jaren is ook in Friesland de discussie over diversiteit gaande. Enerzijds zijn de, veelal kleine, gemeenschappen op het Friese platteland gastvrij naar vluchtelingen en nieuwkomers met een migratie-achtergrond, vaak vanuit een christelijke overtuiging en omdat de nieuwkomers welkome klanten zijn bij de winkeliers in een provincie die zich kenmerkt door leegloop. Anderzijds is men is men gehecht aan tradities en speelde de discussie rondom Zwarte Piet zich hier extra fel af.
Toch lijkt het erop dat de meeste Friezen niet de harde confrontatie maar de dialoog kiezen als basis voor veranderingen, zoals ook steeds wordt aangegeven door de kunstenaars met wie we werken en zoals ik het teruglees in de kranten: Ook Curty Gonzales (woonachtig in Leeuwarden en afkomstig uit de Antillen) zoekt de confrontatie in vreedzame woorden: ‘Het is onwetendheid, vooral in de kleine dorpen. (…) hier in Leeuwarden is men wel wat gewend. Maar daarbuiten komt men niet echt in aanraking met gekleurde mensen.’ (Leeuwarder courant, 13 juni 2020)
Als Fries Museum zien we hierin een belangrijke rol voor de (hedendaagse) kunst. Naast het feit dat we er actief aan werken dat Friese burgers in aanraking komen met kunst van mensen van kleur (zoals de tentoonstellingen van Neo Matloga en Other.Worldly en door de aankoop van een belangrijk werk als de Osedax van Ellen Gallagher en Edgar Cleijne) willen we ook op een andere manier bijdragen aan een mentaliteitsverandering. We laten graag kunst zien die boven ‘meningen’ uitstijgt en raakt aan iets wat je de kern zou kunnen noemen: open staan voor veranderingen, een onderzoekende houding, empathie voor de ander. Met deze waarden in gedachten kwamen we bij de kunstenaar Taus Makhacheva. “Ik hoop dat de samenleving met andere ogen naar zichzelf kijkt na het zien van mijn werk.” zegt Makhacheva.
Taus Makhacheva (Moskou 1983)gebruikt objecten, films en performances in een poging om zichzelf een plek te geven in een gelokaliseerd verhaal en binnen een context waarin voor haar het begrip ‘natie’ niet bestaat. Het oeuvre van Makhacheva bevraagt klassieke vormen van geschiedschrijving, heersende culturele conventies en gender-kwesties. Met een tegelijk humoristische en kritische houding tegenover de huidige maatschappij streeft de kunstenaar naar een verzoening van het hedendaagse met het nostalgische, het lokale met het globale en traditie met vooruitgang. We denken dat dit aansluit bij de vraagstukken van de bewoners van Friesland. Maar de thematiek stijgt ook boven Friesland uit: Makhacheva gaat in op belangrijke thema’s die ook buiten de regio spelen. Haar werk sluit perfect aan bij wat we voor ogen hebben met glokaal namelijk om het lokale te verbinden met het globale, iets wat tegelijkertijd kosmopolitisch en regionaal is.
Hoogtepunt van de tentoonstelling is het werk Charivari in de grote zaal, een werk rondom het circus dat eerder te zien was in Bakoe in Azerbeidzjan. ’As a child, I loved the circus, even dreamed of becoming a clown. In the circus, unlike other cultural venues, in Soviet times it was possible to joke, there was a kind of freedom of expression. And I like works in which serious questions are raised or serious concerns and fears are discussed. We live in turbulent times. In a sense, a person is always in a state of a one-point or two-point earthquake. Many landmarks have disappeared, but no new ones have appeared, and society is torn between different value systems, not understanding what development is and how to develop further. One must either hold on to his rigid shell and petrified old values or become flexible. In the Caucasus, it seems to me that the concept of flexibility is perceived in two ways. On the one hand, this society is very flexible, but on the other, it is afraid of certain types of flexibility, afraid that they can destroy its identity, which is petrified.’ (Taus Makhacheva in een interview by Javidan Guliev, the 67th issue of Nargis magazine)
De artistieke praktijk van Makhacheva beweegt zich vrijwel altijd tussen twee polen. Dit onderzoeken van verschillende kanten van een situatie is gevormd door haar ervaring met de pre- en post-Sovjetisering en doordat haar wortels in zowel Dagestan als Moskou liggen. In haar kunst is iedere situatie ambigue. In de serie videowerken Supertaus (een serie dat door de afdeling educatie ingezet wordt) gaat het om vrouwen met superkrachten. Een kleine vrouw uit de regio ruimt met onbegrijpelijke krachten immense de stenen die de weg blokkeren op. Makhacheva ziet Supertaus als een hommage aan de vrouwelijke arbeid maar, zo licht ze in een interview toe, niet als een manier om de mannelijke zwakte te benadrukken. Met zo’n lichtvoetige film wil ze zware onderwerpen als de onderdrukking van vrouwen tonen en tegelijkertijd laat ze in andere werken zien dat mannen evengoed vast zitten aan de hun toebedeelde rollen. “Hoe handhaaf je mannelijkheid in een land dat geen richting geeft en dat kopje onder gaat in de consumptiemaatschappij?”
Altijd is het een verhaal met een onderdrukte glimlach, met een onderzoekende, nieuwsgierige geest. Nergens klinkt een oordeel. Vaak is een terloops opgevangen opmerking of anekdote voor Makhacheva aanleiding om een werk te maken. Ondanks de lichtheid en humor in haar werk gaat het om relevante kwesties en berust ieder werk op gedegen en langdurig onderzoek: “She works with the documents she finds, the stories she hears, the archival material she gathers. She often conducts collaborative projects and her body-driven practice leads her to physical challenges.”
Makhacheva onderzoekt de tradities en culturen van een land met humor en mildheid waardoor je ze beter gaat begrijpen. Deze houding om niet radicaal te protesteren maar om al onderzoekend dingen naar boven te laten drijven sluit goed aan bij het Friese waar ook vooral vanuit de traditie en in gezamenlijkheid veranderingen tot stand komen (Al zien we dat daar ook activisme voor nodig is en er ook plaats moet zijn voor woede).
We willen het werk van Taus Makhacheva graag tonen omdat het als het ware de tools biedt waarmee je de wereld vanuit een breder perspectief kunt bekijken.“It’s a gateway to reconsideration of your reality. Art is a major catalyst for critical thinking.” zegt ze.
Dat ambigue komt ook terug in het werk The Unbound: ’a very extensive collection of all different sorts of objects and films from the Caucasus. It will be a tasty look at what is local and traditions and rituals, which is also an interesting link with questions that are also relevant for Friesland. It is a nice model of how to represent or question the topic of identity.” schrijft Taus Makhacheva in een e‑mail aan curator Hanne Hagenaars. Hoe authentiek zijn die nep Chanel laarzen of fake dure horloges als onderdeel van identiteit? Wiens blik laat de serie ansichtkaarten Types du Caucase eigenlijk zien?
Een andere overeenkomst tussen Dagestan (het land waar haar ouders vandaan komen en waar Tuas onderzoek heeft gedaan) en Friesland is de waardering voor het ambacht. In Dagestan bevinden zich dorpen die zich richten op een bepaald ambacht, zoals zilversmeden of keramiek. Zo is er ook een dorp waar de koorddansers wonen en daar bevindt zich een koorddansersschool. Tijdens een research bezocht ze dit dorp en kwam in contact met de koorddanser Rasul Bukarov, een van de beste in zijn vak. Samen met hem creëerde ze de video Tightrope. De koorddanser brengt de complete kunstgeschiedenis van Dagestan, 61 werken groot, van het ene rek op een bergtop naar een ander rek op de andere top. Zonder vangnet! De schilderijen zijn kopieën van de collectie van het museum in Makhachkala, “Tightrope, a metaphor for the position local museums, and the various positions: different sorts of art history.” Tightrope gaat over het proces van selectie in een museum, de vraag naar wat de werken representeren, de kwetsbare positie van een museum maar ook het fragiele proces van kunst maken door de kunstenaar. Vragen die juist voor het Fries Museum met de grote collectie Friese portretten en landschapskunst urgent en interessant zijn. Volgens Makhacheva is de totale autonomie van de kunst een illusie.
De regio waar waar de werken Tightrope en Walk zijn opgenomen staat in schril contrast met het landschap van Friesland, ruige kale bergen tegenover een vlak groen landschap. In de tentoonstelling plaatsen we de werken Tightrope en Walk samen in zaal drie. Beide films spelen zich af in het ruige onherbergzame berglandschap, het ene werk is overrompelend spectaculair, waarbij een koorddanser zonder vangnet met schilderijen over een koord tussen 2 bergtoppen loopt, de andere is een ‘simpele’ wandeling van een nietig mens langs de rand van een berg. Een klein tegenover een groot gebaar, cultuur en natuur. “By setting up her works in the dry landscape of Dagestan and evoking regional tales and traumas, the artist softly touches upon larger issues of power, memory and cultural transitions, continuously questioning through irony her own legitimacy and capacity to address political questions.” (Kadist, https://kadist.org/work/let-me-be-part-narrative/)
Vaak is een terloops opgevangen opmerking of anekdote aanleiding om een werk te maken: haar werk heeft altijd een observatie of (kleine) gebeurtenis als uitgangspunt. Het werk Landscape bestaat uit een aantal neuzen op ware grootte die als bergen in een landschap op een ondergrond liggen. In haar oorspronkelijke taal is er 1 woord dat zowel berg als neus betekent. Ze baseerde het werk op de anekdote, waarin ze hoorde over een spreekwoord dat in Dagestan wordt gebruikt: als een man zijn neus verliest moet hij heroïsche daden verrichten om hem weer terug te krijgen.
Ondanks de lichtheid en humor in haar werk gaat het om relevante kwesties en berust ieder werk op gedegen en langdurig onderzoek: “She works with the documents she finds, the stories she hears, the archival material she gathers. She often conducts collaborative projects and her body-driven practice leads her to physical challenges.”