Tenant of Culture: ‘Alles wat kapot is zou je kunnen herstellen’
Het ligt niet voor de hand dat een vieze oude sok iets duidelijk kan maken over onze maatschappelijke gesteldheid. Tenant of Culture (Hendrickje Schimmel) vond een gore sok op straat die normaal zou blijven liggen om langzaam weg te rotten, maar zij pakte hem op, knipte hem open en streek hem plat onder een dun laagje organza. Opgespannen op een spieraam was de sok onderdeel van haar expositie Climate | Change in Londen in 2017, een show waarin de normen en waarden, de structuren van ons koop- en weggooigedrag werden onderzocht. De structuur die, bijvoorbeeld, de hiërarchie van bevlekt en smetteloos bepaalt. Door een vlek is een kledingstuk reddeloos verloren. Maar je zou een vlek ook kunnen accepteren als onderdeel van je geschiedenis, of er een bloem of een schedel van borduren, zoals ik een kunstenaar zag doen. Iedere strategie om verspilling tegen te gaan moet worden omarmd.
Zo niet onze premier Mark Rutte. In 2013 zat onze economie in een dip en de premier deed een dringende oproep aan de bevolking. Hij vroeg de Nederlanders om wat meer lef: ‘koop die nieuwe auto, het kindertal toegenomen, dus koop dat wat grotere huis.’(1) Toon vertrouwen in de economie door, ondanks de crisis, weer geld uit te geven en zo de economie uit het slop te halen. Dat lijkt gelukt want het is nu 2019 en onze economie bloeit weer als een tierelier. Het bbp groeide met 0,5 procent in het eerste kwartaal van 2019. En ook in de jaren die daaraan voorafgingen was er sprake van groei; de cijfers gaan gepaard met trotse frases als, ‘groeit verder’, ‘groeit gestaag door’, ‘groeit voor het vierde kwartaal op een rij’.(2)
In een bevlogen TED Talk tijdens die crisisperiode analyseert de econoom Tomáš Sedláček wat er met de westerse samenleving aan de hand is.(3) ’Laten we beginnen met wat gezegd wordt, wat je continu in de kranten leest: er heerst een economische depressie. Dat is volgens mij de verkeerde diagnose, we hebben niet te maken met een economische depressie, maar een manische depressie.’ En dat maakt een groot verschil voor de behandeling. Een depressieve patiënt geef je medicijnen die hem uit zijn lethargie en somberheid halen zodat de patiënt zich weer beter voelt en actief wordt. Maar als je deze medicijnen aan een manisch-depressieve patiënt geeft, dan schiet hij door naar zijn manie. Te veel drank, te veel kopen, te veel van alles. En een veel te positieve inschatting van de toekomst.
De Engelse komiek en schrijver Stephen Fry was al 37 toen bij hem de diagnose manisch-depressief werd gesteld. Tot dat moment zag men zijn gedrag als bad behaviour. Met een gestolen creditcard op zak vertrok hij als zeventienjarige naar Londen en gebruikte de kaart ‘in the most grandiose way’. Hij logeerde in het chique Savoy Hotel en dronk magische cocktails tot hij gesnapt werd en in Pucklechurch Prison belandde. ‘Een manische fantasie’, herinnert Fry zich, ‘je denkt dat er geen ander mensen bestaan, dat jij het centrum van het universum bent.’ (4)
Als de cijfers een dip in de economie laten zien dan willen politici weer terug naar die manische periode, naar groei; groei lijkt het medicijn tegen een depressie. ‘Maar een manisch-depressieve patiënt heeft mood stabilizers nodig, een medicijn dat de toppen eraf haalt en de downperiodes omhoog trekt’, aldus Sedláček. Dat betekent dat een land in perioden van welvaart reserves zou moeten opbouwen voor wanneer het minder gaat. Vanuit deze analyse kun je stellen dat Rutte het verkeerde medicijn inzette met zijn oproep om meer te kopen. Het begrip ‘welvaart’ lijkt zich zo ook te beperken tot louter materiële zaken. De bijeffecten van deze visie op welvaart blijven onzichtbaar in de kille cijfers, maar zijn desastreus: de bedreigde biodiversiteit, klimaatverandering, te goedkoop geproduceerde kleding door slecht betaalde arbeiders onder bittere omstandigheden. Maar dat weten we allemaal.
Mode is de trotse vaandeldrager van onze consumptie-economie. Grote merken brengen tweemaal per jaar een show om hun nieuwe collectie te tonen. Ieder seizoen kent weer nieuwe trends die gericht zijn op grotere verkoop. Men werkt met het begrip ‘psychologically obsolete’,hetgeen betekent dat een kledingstuk zo extreem wordt ontworpen dat het maar één seizoen mee kan doen. In Nederland gooien we per jaar 235 miljoen kilo textiel weg. De mode-industrie is dan ook op de olie-industrie na de meest vervuilende ter wereld.(5) Steeds meer modeontwerpers stappen uit dat rampzalige, verspillende systeem. Een van hen is Tenant of Culture (Hendrickje Schimmel). Zij peurt met haar werk niet alleen in die stinkende wond om te zien wat er aan de hand is maar biedt ook alternatieven, een medicijn.
Op de poster van haar solo show Climate | Change
laten twee glimmende plastic mannequinhanden een wereldbol losjes draaien. De wereldbol als symbool voor milieubewustzijn dekt nogal eens een oppervlakkige lading. In de mode heet dat ‘greenwashing’, waarbij merken zich als ecologisch verantwoord presenteren maar tegelijkertijd willen groeien en vooral niet minder willen produceren.(6)
In Climate | Change zet Tenant of Culture een sfeer neer zoals ook de mode met — misleidende- sfeerbeelden werkt. De poppen zijn geen readymades uit de groothandel maar afgietsels van vrienden. Ze zitten iets voorovergebogen, ongemakkelijk en depressief, zoals het in de mode een tijdlang cool was om in campagnes een gitzwarte kijk op het leven te tonen. In de kraakheldere ruimte hangt een joggingpak aan een ijzeren kleerhangertje, zo een die je gratis bij de stomerij krijgt. Het pak bestaat uit getrimde sweaterbanden die ze vond in een afvalbak van een tweedehandskledingwinkel. De broek waaiert aan de onderkant behoorlijk uit door een veelheid van strookjes, en de hals van de sweater hangt zakkig naar beneden. Niet modieus, misschien niet eens mooi, of draagbaar maar wel eigengereid. Sommige poppen houden achteloos een masker vast, gemaakt van hergebruikt papier. In de bevroren glimlach, de zwarte sik, opkrullende snor en zware gebogen wenkbrauwen herken je het Guy Fawkes-masker van het hackerscollectief Anonymous. Deze actiegroep, die het twitteraccount van Donald Trump meerdere uren uit de lucht wist te houden, is hier gereduceerd tot een betekenisloos kek accessoire.
Climate | Change is een show over de contradictie tussen mode en moraliteit.
‘Mode is vaak een gemaskerde manier om te laten zien waar je hart ligt’ aldus ToC. Een groeiende groep mensen is zich bewust van de dreiging van de klimaatverandering, toch lukt het een individu gewoonweg niet om daadwerkelijk te handelen naar dit bewustzijn: minder vliegen, minder vlees, minder kleding.
Sedláček pleit dan ook voor het zelfregulerend vermogen van de samenleving, en daarvoor neemt hij het begrip economie als objectieve wetenschap op de schop. In zijn boek De economie van goed en kwaad(7) toont hij aan dat onze economie vol verborgen waarden zit, zoals winst, efficiëntie, het rationele en de vrije markt. Concurrentie in plaats van samenwerken. Geld verdienen als doel van bedrijven. Maar wat is een goed leven? Welke waarden zou je dan willen bevorderen? Is er iets anders mogelijk dan de economie van groei en graaien?
‘Wij economen geloven in de onzichtbare hand van de markt, maar ik geloof in een coördinerende hand van de samenleving. De samenleving corrigeert zichzelf, dat is de reden waarom we er nog steeds zijn, en zij doet dat op een gevarieerde mysterieuze manier. (…) Waarom we die regulerende genius of intelligentie helemaal aan de markt hebben overgelaten, geen idee’.(7) Volgens Sedláček kan een maatschappij zelfregulerend werken als alle betrokkenen gelijkwaardig functioneren en met elkaar in gesprek zijn: als er te veel bureaucratie is wordt er een Kafka geboren die ons bekritiseert en onderwijst. De bijdrage van kunstenaars is even onmisbaar als die van politici, vrijbuiters en filosofen.
Tenant of Culture is zo’n belangrijke stem. Zij gelooft niet meer in de rol van de autonome kunstenaar die vanuit het niets tot iets moois komt. Ze positioneert zichzelf als postproducer of voddenraper. Haar naam, Tenant of Culture ontleende ze aan The Practice of Everyday Life
van de filosoof Michel de Certeau. Hij zet vraagtekens bij de rolverdeling waarin de producent heerser is en de consument volger, de een actief, de ander passief. De Certeau pleit voor het individualiseren van massaproductie, om je een gegeven structuur toe te eigenen en betekenis te geven, zoals een huurder dat doet in een appartement. ‘Ik ben op zoek naar alternatieven zonder dat het een “utopisch-idealistische” vorm aanneemt: dus niet het uitwissen van de context om er een geheel nieuwe voor in de plaats te stellen waardoor je hetgeen er al is negeert. Dat is een koloniale manier van denken, het onzinnige idee dat je iets kan terug brengen naar een “puurdere”, neutrale vorm.’(8)
De opties die Tenant of Culture aanreikt schuiven de heersende normen met een grote armzwaai aan de kant. Het ontwerpen begint bij het restmateriaal en van daaruit ontstaat iets wat te dragen is, of misschien zelfs niet, een sculptuur. De snit van de kleding wordt volledig bepaald door wat ze toevallig tegenkomt of als voddenraapster verzamelt. Door deze totale omkering in het ontwerp- en maakproces kan er ook geen modieuze trend ontstaan die kleuren en silhouetten dicteert voor het komende seizoen. Als haar methode toch navolging krijgt, des te beter!
Neem de drie paar cowboylaarzen met onwaarschijnlijk veel strikken en veters Dead Stock (2018). ToC verzamelde een berg afgedankte leren schoenen. Ze dompelde ze onder in heet water zodat de vorm verdween, knipte ze open en plette de schoen onder een hittepers. Samen met Marko Baković fabriceerde ze een ‘nieuwe’ westernlaars. Alle slijtplekken bij de neuzen, de hakken en de zijkanten zijn nog zichtbaar. Ze staan een beetje zakkerig in de ruimte, dat stoere van de cowboylaars is eraf. ToC ziet er zelfs een soort kannibalisme in.
Haar jassen die zijn samengesteld uit oude tassen zien er krankzinnig uit, vol hengsels en ritsen waarbij een tasopening je als een grote mond toelacht. De kraag is scheef de rits loopt niet strak naar beneden, ‘zoals het hoort’ maar zwaait in een flauwe bocht naar rechts. Een mouw is net iets langer en het rechterpand hangt lager. De tassen dicteren het model van de jas. De nieuwe esthetiek van de jas is misschien wel even wennen.
De tassenjassen steken ook de draak met het logo-prijzenfestival, de knock offs
die vaak voor spotprijsjes worden aangeboden. Deze neptassen worden nogal eens in dezelfde fabriek gemaakt als de originelen. ‘Het is een tactiek die ik toepas om tegen het territoriale idee van authenticiteit en originaliteit in te gaan.’
Het economische systeem draait op de vooruitgangsgedachte waarin we de tijd lineair beleven, als een rechte lijn van A naar B en naar altijd weer beter. Tenant of Culture respecteert de levensloop van een broek of een sok. Daarmee kijken haar objecten liever achterom dan vooruit, en zijn zo vooral verbonden met een cyclisch tijdsbesef. Zoals de broek die ze haar vader aftroggelde. Als kunstenaar droeg hij acht jaar lang een zwarte joggingbroek tijdens het schilderen. ToC knipte hem open en naaide er een vierkant van dat ze op een spieraam spande. Als een landkaart bracht het al zijn bewegingen in kaart. De ducttape? ‘Ja, dat zat er al op, hij repareerde de broek met ducttape.’ Maar als alternatieven tegen de verspilling zijn haar voorstellen juist toekomstgericht. ‘Ik zie mijn interventies niet als een conclusies maar als iets dat betekenis krijgt in de tijd. Soms geef ik workshops want iedereen kan doen. Ik denk ook niet dat ik de esthetiek van recycling kan claimen als een autonome stijl. Wel zie ik het als een antikapitalistische activiteit, als een vorm van activisme.’
De overlevingspakken uit de serie Ornamental Survivalism zijn gemaakt van gerecyclede backpacks en hebben een overvloed aan haken, banden, elastieken en tasjes waardoor het lijkt dat overleven een schier onmogelijke opgave is. Of vraagt een simpel verblijf in de natuur zoveel handige spullen die we allemaal eerst moeten kopen? Het verlangen naar de natuur drukt ToC uit door summier een paar tarwehalmpjes op een jasje te sealen. Pastoral Nostalgia. Ja, zo ziet onze band er met de natuur ongeveer uit: onrealistisch en artificieel.
Het medicijn dat Tenant of Culture inzet om onze manisch-depressieve maatschappij te genezen heet ‘contragedrag’. ‘Wat ik wil doen is een tegengesteld ritme opbouwen: zoals gezegd, afgedankte spullen terug in circulatie brengen en wat kapot is herstellen. De remedie zie ik in hoe mijn oma alles bewaarde: knoopjes, ritsen, plastic verpakkingen, postelastieken. Voor haar had alles potentie tot een functie, alle objecten in haar leven waren ‘in wording’. De remedie is het zien van materiaal als cyclisch. De meeste producten in ons leven zijn gemaakt van materialen die tot ver na onze dood zullen blijven bestaan. We zijn dus uiteindelijk nooit eigenaars, maar altijd huurders.’
(1) https://nos.nl/video/577209-rutte-koop-nieuwe-auto-of-nieuw-huis.html
(2) bruto binnenlands product (bbp) https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2019/20/bbp-groeit-met‑0 – 5‑procent-in-eerste-kwartaal-2019
(3) https://www.youtube.com/watch?v=JQOquxH6Bmw
(4) Stephen Fry, tweedelige BBC-documentaire ‘The Secret Life of the Manic Depressive’, 2006
(5) https://www.projectcece.nl/blog/is-de-mode-industrie-de-tweede-meest-vervuilende-industrie/
(6) https://about.hm.com/en/sustainability.html
https://www.nrc.nl/nieuws/2016/02/01/hoe-duurzaam-is-hm-nou-echt-a1493874
(7) Tomáš Sedláček, De economie van goed en kwaad, De zoektocht naar economische zingeving van Gilgamesj tot Wall Street, Scriptum, 2012
(8) https://www.youtube.com/watch?v=JnO5F5Yw47c
(9) Interview met Hendrickje Schimmel, 15 – 5‑2019