Mister Motley #30 Empathie
Ik ben jouw indiaan
Haar ogen als nevel in Lombardie.
In het verhaal ‘Bedroefde moeder’ van Carlos Fuentes schrijfteen moeder een brief naar de moordenaar van haar dochter. Ze beschrijft de plaats delict en voor onze ogen doemen de bergen op waar verliefde mensen naar de zonsondergang kijken en de tijd onherroepelijk vergeten. ‘Vertel me eens, waarom was u daar?’ Vraagt de moeder. Jose Nicasio, voor wie de woorden bestemd zijn, reageert gretig: ‘Ik dank u voor uw brief. Ik had helemaal niet verwacht dat u zo’n mooi gebaar zou maken. Zo oprecht edelmoedig, mevrouw.’ En hij vertelt over het Indianendorp dat hij verliet om kunstenaar te worden en dat het weggaan definitief bleek te zijn, het dorp kijkt hem meer en meer met scheve ogen aan, en voor zijn nieuwe omgeving blijft hij een lelijke indiaan. De moeder is boos, want ze wil iets over haar dochter horen en geen verzachtende omstandigheden van zijn kant, ‘maar ik besef dat als ik u schrijf om u duidelijk te maken wie mijn dochter was, ik zal moeten verdragen wie u zelf bent…’
En zo openen twee levens zich, dat van de indiaan die ontheemd is en waar vernedering altijd aan kleeft, en dat van de dochter, als superieure blanke.
De indiaan: ‘Onderaan, mijn plek is onderaan, altijd onderaan, hoe hoog ik ook klim, ik zal altijd onderaan zijn. En daarom gingen mijn mijn handen omhoog, mijn armen konden zich niet beheersen, mijn nagels voelden aan als messen en terwijl ik haar met geweld smoorde met liefkozingen, kon ik alleen maar tegen uw dochter zeggen: Ik ben jouw indiaan, ik ben de indiaan die je in jezelf niet wilt zien, ik dood je niet, ik dood mezelf.”
De moeder begrijpt de grotere waarheid die achter zijn woorden schuilt. Ze begrijpt zijn ontheemd zijn vanuit haar eigen geschiedenis, haar ziel raakt even aan die van hem en ze spreekt vervolgens tot haar dochter: ‘En nu, terwijl ik hier gehurkt zit voor de urn met jouw stoffelijke resten, zeg ik je dat jij misschien de angst niet uit je geweten wist te bannen. Dat was de enorme scheur in jouw schitterende intellect.’
Adembenemend laat Fuentes je langzaam maar zeker begrijpen hoe de kloof tussen de verschillende groepen mensen die wel moet leiden tot onheil. Grote politieke problemen vinden hun weg in het individuele handellen van mensen. In het spoor van aangedaan onrecht wordt het moeilijk om de ander nog als mens te zien en lijkt de opeenstapeling van haat niet meer te stoppen, als een steeds viezere sneeuwbal die naar benden rolt en maar groter en groter wordt en al het vuil meesleept.
Geen oorlog, geen ruzie is ooit opgelost door met de vinger naar elkaar te wijzen maar door verzachting in plaats van verharding, vergeven en opnieuw beginnen. Door elkaars ogen te lenen. Door empathie.
Hanne Hagenaars
Ontwerp: Roosje Klap