Be Calm: Kunst uit Amsterdamse huiskamers
Al dertig jaar leent het CBK kunst uit aan particulieren, nu wordt dat principe simpel omgedraaid: in deze jubileumtentoonstelling leent het CBK kunstwerken die bij mensen thuis aan de muur of aan het plafond hangen.
Over de titel BE CALM zegt curator Hanne Hagenaars: ‘Mijn kunstwerken zijn als medebewoners van het huis, daar leef je mee, daar praat je mee. Ze fluisteren je woorden toe: Be courageous, Be superb, Being clumsy is not a crime. Iedere ochtend als ik de trap afloop, lees ik de rood geborduurde letters BE CALM op een roze/witte theedoek van Louise Bourgeois die boven het trapgat hangt. Het is alsof de doek me steeds geruststellend toefluistert, dat het echt wel goed zal gaan als ik de dingen een beetje neem zoals ze zijn. De kunst is de ziel van het huis en zoals Szymborska dichtte over de ziel “Het ziet ernaar uit, dat net zoals wij haar, ook zij ons ergens voor nodig heeft”, zo hebben de kunstwerken ons nodig, een plek waar ze gekoesterd worden. In de huiskamers van Amsterdam hebben vele kunstwerken hun bestemming gevonden waar onze ogen ze iedere dag tot leven kijken.’
In een labyrintachtige presentatie hangt een ruime selectie van werken, een veelheid aan intrigerende, intense kunstwerken die de grote rijkdom van de kunst laat zien, en hoe kunst en leven met elkaar verbonden zijn. Beeldende kunst heeft haar weg gevonden naar oneindig veel huiskamers, van Slotervaart tot de Amsterdamse grachtengordel. BE CALM laat zien hoe belangrijk een kunstwerk kan zijn voor gezinnen en particulieren in alle rangen en standen en in alle beroepen.
Tijdens de opening hield Hanne Hagenaars onderstaande toespraak:
’Er wordt bezuinigd, met een kapmes in het rond gehakt en ook het CBk wordt bedreigd. Maar mensen laten kennismaken met kunst is geen commerciële bezigheid, het is een missie, net als onderwijs.
Wat is het belang van kunst? Een grote vraag kun je het beste klein beantwoorden.
Vaak vraag ik mensen die ik tegenkom welk kunstwerk hun leven heeft beïnvloed, en bijna iedereen heeft zo’n ervaring. De troost die uitgaat van de muziek van Bach, een theedoek van Louise Bourgeois met de woorden BE CALM erop geborduurd, of de onbegrensdheid in het schilderij van Deniz Seyda Tunca dat als het ware fluistert: wees niet bang voor het leven er zijn geen grenzen, niet tussen jou en mij en ook niet tussen leven en dood. Be courageous.
In iedere huiskamer die ik de afgelopen tijd bezocht kreeg ik een antwoord op deze vraag.
Onmisbare werken, over goed en kwaad, liefde en onschuld. Zoals de banier van Gijs Assmann, velden van glanzende knopen van been en parelmoer, als bloemenvelden in het paradijs. Ieder knoopje is een troost voor de ogen, de ziel. De Staphorster mutsen die er op zijn genaaid vertellen van een traditie waarin we samen het leven aankijken, de rouw middels rituelen beleven. Het is onderdeel van de schoonheid van het leven. Please be together.
Wat mij voor ogen stond bij het maken van deze tentoonstelling was niet een neutrale weerspiegeling van de kunst in Amsterdamse huiskamers, maar een eigen selectie van werken die het antwoord, over het belang voor de bewoners in zich dragen.
Ik ontmoette het portret dat een oom zijn nicht Femmy Otten in de muur liet metselen en die het nu ’mijn eigen mona lisa’ noemt. Een borduursel gemaakt door een excentrieke rijke Amerikaanse die in Venetië in een sompige kelder woont en het werk liever niet uit handen geeft, dankzij hun vriendschap heeft Gerhard Belgraver er één in zijn woonkamer hangen. En wat te denken van plastic zak met rijst en een schedel erin die in een trapgat bungelt. Jaap van Zuylen, de vader van een bewoner schilderde het portretje van Maala dat nu op de uitnodiging staat, en zo kwam ik ook terecht bij de fascinerende foto’s van zijn tocht naar Groenland. Ik hoopte op verborgen schatten, en ik heb ze zeker gevonden.
Deze tentoonstelling wil laten zien hoe belangrijk kunstwerken zijn voor de mensen in wiens woning ze zijn ingetrokken. Het zijn huisgenoten die in een constante dialoog staan met de bewoners. Vorige week vrijdag wachtte ik in een afhaal voor Indonesische maaltijden tot de regen over was. In Hilversum. Een man komt binnen en bestelt royaal. Hij vertelt trots dat Utopia, het nieuwe programma van John de Mol opnieuw 1.5 miljoen kijkers heeft gehaald. Ik moest lachen en dacht even, wat draagt dit programma nu bij aan het welzijn van de wereld?
Want dat is de betekenis van Kunst, het maakt de wereld beter, niet omdat het altijd de beschouwer op het verkeerde been zet, de oude avant-gardistische houding, maar omdat het iets geeft, het is een cadeau, het geeft iets om over na te denken, iets oprechts, iets wat echt is. Omdat het ontstaat vanuit allerlei denksystemen. Iets dat niet om geld gaat, in ieder geval niet op het moment dat het gemaakt wordt. Ik zocht de meest persoonlijke aandoenlijke werken uit, ingelijste bloemetjes die Aat Veldhoen voor Hedy meenam bij zijn eerste afspraak.
Eerder het kleine intieme gebaar dan grote statements. In de huiskamers zag ik soms schilderijtjes die op een rommelmarkt waren gekocht, foto’s van hun kinderen en even zeer prachtige werken van bekende kunstenaars. Zo vormde zich vanuit die hele verschillende huiskamers toch een samenhangend geheel. Althans dat hoop ik. De eigenaren waren ongekend genereus en bereid de werken uit te lenen, het kale vlak op de muur namen ze voor lief om deze tentoonstelling mogelijk te maken.
En het blijkt dat als eenmaal als de stap tot een aankoop is gezet, er geen weg terug is, het volgende werk ligt eigenlijk al ergens te wachten. Het is een kwestie van tijd. Wie eenmaal de troost van de kunst heeft ervaren wil meer, wil nooit meer zonder kunst leven.’
Werk van o.a. de volgende kunstenaars: Femmy Otten, Ine van Zyl, Scarlett Hooft Graafland, Alicja Bielawska, Aat Veldhoen, Koos Breukel, Mariken Wessels, Marc raven, Marie Aly, Justin Gosker, George Korsmit, Fransje Killaars, Martin kippenberger, Heidi Link, Riette Wanders, Kim van Norren, Maartje Folkeringa, Roy Villevoye, Daan Paans, Albert Blitz, Jim Long, Abigail Reynolds, Jorn van Leeuwen, Gregor Schneider, Ine Lamers. Eylem Aladogan, Amie Dicke, Jaap van Zuylen.
Ontwerp kaart en expositie: Wendela van der Hoeven
Foto’s eigenaren met hun werk: Heske ten Cate en Thijs Tittse