Je neus achterna in Maastricht? Of belust op andere zintuiglijke sensaties? Neem de Gids voor de Zintuigen ter hand en volg de route die samensteller Hanne Hagenaars door de Limburgse hoofdstad heeft opgesteld, opgetekend uit de mond van lokale kunstenaars en schrijvers. Over geurende lindebloesems, de gewijde sfeer in de Sint-Servaasbasiliek, een vette hap op de Markt en het weidse uitzicht bij een kalksteengroeve. Voor iedereen die wil weten waar Maastrichtenaren de lekkerste boodschappen doen, welke luchtjes en geluiden in het Limburgse heuvellandschap het populairst zijn en meer ’zeldzame sensuele ervaringen’.
Hanne Hagenaars, Maastricht — Gids voor de zintuigen, 254 pagina’s, €19,90. Presentatie 1⁄2, Marres, Maastricht.
lees meer+
lees minder-
Tjeu Seeverens: Ontdek een stad eens radicaal anders
Puurzaam #38, 2018
Een prachtige handleiding om op een radicaal andere manier een stad te bekijken. Dat is de ‘Gids voor de Zintuigen in Maastricht’. Sensuele ervaringen worden er in kaart gebracht, verzameld door lokale kunstenaars, schrijvers en inwoners. Door deze uitgave is Maastricht ook nog eens dé stad der zintuigen. Het idee voor een afwijkende stadsgids die je uitnodigt om de stad op basis van zintuigelijke ervaringen te ontdekken, komt van Valentijn Byvanck. Vijf jaar is hij nu directeur van Marres, het Huis van Hedendaagse Cultuur. In die periode stonden daar alle tentoonstellingen en projecten in het teken van onze zintuigen.
Voor deze opdracht kwam hij uit bij de Amsterdamse kunstenares, curator en schrijfster Hanne Hagenaars. ‘Ik heb naast mijn andere werk al heel wat tijdschriften gemaakt en bijvoorbeeld een boek over de identiteit van het Overijsselse (kunstenaars) stadje Diepenheim. Maar misschien koos hij mij nog meer omdat ik van nature een nieuwsgierig mens ben. Dat moet je zijn, wil je er echt iets moois van maken.’
De voorbereiding was intens. ‘Ik heb eerst veel rondgelopen en gefietst door Maastricht. Kunstenaars opgezocht die ik al kende. Door veel te lezen bij nieuwe namen uitgekomen. Mensen op straat spontaan aangesproken. Rondleidingen met gidsen gevolgd. Bijvoorbeeld met neerlandica Jet van Aalst die je aan de hand van gedichten door Maastricht leidt. Zo ontstond stap voor stap een steeds groter netwerk. In het begin was het een open zoektocht. Altijd was er die vraag: ‘Hoe kan ik nu iets wat je kunt ruiken, horen, zien of proeven in zo’n stad weergeven in een boek?’ De oplossing diende zich niet zomaar aan. Alle ideeën die ik de eerste drie maanden had, belandden in de prullenmand. Het duurde voor mij als buitenstaander maanden om te ontdekken wat nu zo typisch voor Maastricht is , dat verder gaat dan de bekende paden.Ik wilde per se een gids maken waarin ook de Maastrichtenaren nog heel wat nieuwe dingen over hun stad ontdekken.’
Het resultaat is een boek om verliefd op te worden. Zo eentje dat je koestert, pakt, weglegt, je weer verleidt en nieuwe geheimpjes verklapt. Door verrassende foto’s, korte verhalen, gedichtjes, originele opsommingen en ‘ga ik gauw doen’ – routes. Met zintuigenwandelingen langs bijzondere zaken en plekken voor de tong, het oor en oog of de neus. Allemaal even onalledaags en apart. Hanne: ‘Een kunstwerk kan ervoor zorgen dat je visie zich 180 graden omkeert. Je staat in het zand te wroeten en ineens draai je je om en kijk je naar de zee. Kunst is voor mij die zee: wijds, zo vol mogelijkheden. Deze Gids voor Zintuigen in Maastricht is daar een bewijs van. Lees en ga aan de slag met de gids, begrijp Maastricht beter en mogelijkerwijs jezelf.’
Het boek verrast op elke bladzijde. Toch durft Hanne de extra mooie pareltjes te benoemen: ‘Ergens helemaal weggestopt ontdekte ik de oudste Lourdesgrot in Nederland. Fantastisch is de bijdrage over de Lindebloesemroute van Tanja Schell. In Maastricht zoeken de mensen vooral het centrum op. Net als in Amsterdam hebben in deze stad de buitenwijken ook genoeg te bieden. De bijdrage van Anouk van Reijen over opmerkelijke locaties in de buitenwijk Caberg vind ik daarom een juweeltje. Graag zou ik eens zo’n gids willen maken voor een stad die minder floreert dan Maastricht. Drachten, Schiedam, Heerlen… Lijkt me extra spannend.’
Je loopt over de Javastraat in Maastricht, een doodgewone stadsautoweg waarvoor je normaal gesproken nooit van het centrum uit zou wijken. De legenda van je plattegrond belooft je een interessant geurenpalet; een grijze veeg voor ‘uitlaatgassen van het verkeer’ en een groene iets verderop op de kaart, voor een ‘harsachtig aroma van dennennaalden’.
Na een paar honderd meter lopen met een alerte neus komt het: benzine, iets stoffigs, een geur die je doet denken aan de zomer, als het teer op de weg van de hitte een beetje zacht wordt. Het is een geur die op heldere winterdagen blijkbaar ook in de straten sluimert maar die je alleen opmerkt als je er aandacht voor hebt. Na een paar honderd meter krijgt de straat een ander karakter, minder asfalt en beton, en aan de overkant zie je hoe een rij naaldbomen een dichte haag vormen. Je ruikt even, en loopt dan richting de Pottereiestraat. De legenda belooft onder andere ‘zuurstok’ en ‘hondenpoep’.
Dit is een stukje van de Lindenbloesemroute, een stadswandeling die werd ontwikkeld door geurarchitect Tanja Schell voor Maastricht — Gids voor de zintuigen van Marres Maastricht, samengesteld door Hanne Hagenaars. In tegenstelling tot een folder van het VVV-kantoor is het lezen van deze stadsgids een ervaring die op zichzelf staat, maar voor de buitenissige toerist die daadwerkelijk op pad wil valt er genoeg te beleven. Ooit overwogen om je tent op te zetten tussen de sociale huurflats in het Maastrichtse Caberg? Deze gids wijst je de beste plekjes om dit te doen, en waar je in de wintermaanden voor twee euro kunt midgetgolfen na een maaltijd in een Chinees restaurant waar altijd ruimte is.
Maastricht — Gids voor de zintuigen is het resultaat van de bijdragen van een scala aan schrijvers, kunstenaars en bewoners van Maastricht, en deze grote verscheidenheid zie je zowel in de vorm als in de inhoud van de gids terug. De opmaak is intuïtief en heeft op het eerste gezicht geen duidelijke structuur, een beetje zoals het knip- en plakwerk van een scrapbook. Het maakt de gids intiem, alsof je aan de hand word genomen door de mensen die er aan meewerkten en je éen op een deelgenoot wordt van hun fascinaties. De stad wordt aan je gepresenteerd als een gesamtkunstwerk waarin allerlei elementen je zintuigen waard zijn, van de Pieterberg tot de vele lindebomen en de hondenpoepveldjes in de buitenwijken.
Neem Enjoy details van Yeb Wiersma, een onderdeel binnen de subcategorie Botanica (de stadsgids heeft onder de schijnbare wanorde een thematische opbouw, Smulpapen, Het zesde zintuig, enzovoort). Tijdens Wiersma’s zoektocht naar informatie over invasieve plantensoorten kwam ze op het spoor van het verhaal van August de Wever, een zonderlinge huisarts die bezeten was van het verzamelen en categoriseren van gedroogde planten, en meer interesse had in de variëteit tussen verschillende soorten varens dan in de emoties en eigenaardigheden van zijn patiënten. Wiersma beschrijft hoe ze in het Natuurhistorisch Musem Maastricht op zijn archief stuit, met meer dan zestigduizend geïndexeerde plantensoorten uit de omgeving Maastricht, en geeft de lezer een kijkje in de persoonlijke documenten van De Wever, uit de jaren 30 van de vorige eeuw; een zwart-wit foto van een zeldzame varen, correspondentie over menstruatiestoornissen, ondergekrabbelde plaatjes uit brave pin-up-tijdschriften.
Je hoeft niet met dit boek naar Maastricht af te reizen om er iets aan te hebben. Het is boven een stadsgids ook een ode aan het detail en een pleidooi voor een andere manier van kijken, waarin aandachtig waarnemen de toon voert boven het passief incasseren van het voor de hand liggende. Het is niet zo dat het alledaagse in het zonnetje wordt gezet, maar eerder dat de scheidingslijn tussen wat alledaags is, en wat bijzondere aandacht verdient, wordt opgeheven. In wezen kun je dit democratiserende, egaliserende perspectief overal toepassen, voor jezelf inzetten als een instrument. Hoe zou het zijn om een bus of tram te pakken en uit te stappen op een plek waar je nog nooit bent geweest, zoals een winkelcentrum buiten het stadshart? Misschien eet je wel de lekkerste bamibal die je ooit geproefd hebt, of doe je een observatie die later van waarde blijkt te zijn. De gebouwen onderweg van je huis naar je werk, heb je daar wel eens goed op gelet? Misschien zit de schoenmaker waar je altijd gedachteloos langs fietst wel in een bijzonder Jugendstilgebouw, en heeft de man die jouw schoenen voor de kost repareert een verhaal.
Door de indeling van het boek toont de lees- en kijkervaring parallellen met het daadwerkelijk verkennen van een stad die je nog niet kent. Je bladert, loopt drie keer hetzelfde rondje, want de hoekjes en verborgen schatten hebben zich nog niet aan je ontvouwen. Het is geen gids die je gemakshalve meeneemt om er beslissingen aan over te laten, maar eerder een eigenzinnige atlas die je als gereedschap kan inzetten.
Het boek Maastricht — Gids voor de zintuigen is uitgegeven door Marres Maastricht en samengesteld door Hanne Hagenaars. Klik hier om het boek te bestellen.
lees meer+
lees minder-
Ruud Maas: Ruik, zie, voel, proef en hoor Maastricht
De Limburger, 9 februari 2018
Marres presenteert een gids over Maastricht die de zintuigen moet prikkelen. Niet alleen de dooddoeners komen deze keer aan bod.
Misschien heb je het niet eens in de gaten als je er woont, werkt en veel verkeert, zegt Hanne Hagenaars, maar Maastricht is bij uitstek een sensuele, zintuiglijke stad. „Mensen houden er van lekker eten, het eten is er ook lekker, en mede dankzij Kiki Niesten zijn er fantastische modemerken te koop, het Natuurhistorisch Museum heeft een prachtig herbarium, je vindt er mooie mossen in de natuur, bij De Paters (in Cadier en Keer, red.) scharrelen en knorren varkentjes en deze dagen is carnaval het toppunt van zintuiglijke ervaringen.” Dit soort plekken verzamelde Hagenaars in samenwerking met kunstcentrum Marres voor de net verschenen Gids voor de Zintuigen.
Het Mooswief
Gedurende twee jaar sprak de samensteller veelvuldig met vooral lokale kunstenaars, schrijvers en inwoners om de ziel van de stad te vangen. Dat mondt niet alleen uit in een lofzang op Maastricht. Zo staat in de gids een kunstwerk van Miguel Huinder dat gevormd is uit beelden van drugsroutes, met bijvoorbeeld een foto van de crash van een drugsrunner. Hagenaars: „Ik was niet per se op zoek naar negatieve kanten van de stad, maar ik wilde ze zeker niet uit de weg gaan.”
Beklierde Ogentroost, getekend door Claudia Sola
Zelf woont ze in Amsterdam. Ze kende Maastricht redelijk, bijvoorbeeld via haar bezoeken aan Marres en de Jan van Eyck Academie. Of ze met open armen werd ontvangen om te kletsen over Maastricht? „Uiteraard werd me gevraagd waarom juist ik dit project kwam doen. Ik antwoordde dat ik vooral een nieuwsgierig mens ben en de stad graag beter wilde leren kennen. Ik denk dat iemand van buiten juist andere vragen stelt, omdat diegene nieuwe zaken opvallen.” Met oud zeer hoeft ze ook geen rekening te houden. Een voorbeeld daarvan is misschien wat Hagenaars ‘de gedichtenmachine’ op de Markt noemt, „een soort parkeerautomaat”. Het was enkele jaren terug een heet hangijzer toen de ‘eeuwig brandende vlam’ in de handen van Jan Pieter Minckeleers alleen nog tegen betaling aanging, met een gedicht als bedankje. Ze laat deze discussie links liggen, maar plaatst een gedicht in de gids.
Bovenal kijkt Hagenaars in de publicatie verder dan haar neus lang is, voorbij al vaak beschreven dooddoeners. Ze liet schrijver Flos van Haren binnenlopen bij diverse parfumerieën om te vragen welke geuren het meest worden verkocht en beschrijft op deze wijze hoe ‘de Maastrichtenaar’ ruikt. Hagenaars vertelt hoe ze, op het idee gebracht door een geleidehond, met haar ogen dicht door de stad liep. Ook krijg je tips voor ‘een vakantie in Caberg’, zie je hoe kunstenaar Keetje Mans haar favoriete plekken op een doek borduurde en duikt Chaim van Luit onder de grond in de groeves om en onder Maastricht. Kunstenaar Sanne Vaassen vertelt hoe ze wandelend stukjes aardewerk verzamelt en die soms op verzoek in een muur of vloer bij mensen metselt. Kay Schuttel geeft selfie-opdrachten op het Vrijthof (‘Zoek het roze gekleurde beeld op, ga aan de linkerzijde binnen de gestrekte arm van dit beeld staan (…) Het lijkt alsof het beeld een arm om jou heen heeft geslagen.’) en modekenner Cécile Narinx gaat in op het oudste Maastrichtse geluid dat ze zich herinnert: het gekoer van een Turkse tortelduif („Een importvogel die de soundtrack van mijn jeugd opent.”).
Hagenaars noemt het samenstellen een mooie klus: „Ik had nu een aanleiding om met iedereen te praten. Hopelijk gaan veel mensen de gids gebruiken. Het is leuk om je stad beter te leren kennen of als toerist eens buiten de gebaande paden te treden.”
lees meer+
lees minder-
Merel Bem: Zuidwaarts!
Vogue, 2018
lees meer+
lees minder-
Robin Barry, Maastricht, gids voor de zintuigen
mister Motley, 15-03-2018
Je loopt over de Javastraat in Maastricht, een doodgewone stadsautoweg waarvoor je normaal gesproken nooit van het centrum uit zou wijken. De legenda van je plattegrond belooft je een interessant geurenpalet; een grijze veeg voor ‘uitlaatgassen van het verkeer’ en een groene iets verderop op de kaart, voor een ‘harsachtig aroma van dennennaalden’.
Na een paar honderd meter lopen met een alerte neus komt het: benzine, iets stoffigs, een geur die je doet denken aan de zomer, als het teer op de weg van de hitte een beetje zacht wordt. Het is een geur die op heldere winterdagen blijkbaar ook in de straten sluimert maar die je alleen opmerkt als je er aandacht voor hebt. Na een paar honderd meter krijgt de straat een ander karakter, minder asfalt en beton, en aan de overkant zie je hoe een rij naaldbomen een dichte haag vormen. Je ruikt even, en loopt dan richting de Pottereiestraat. De legenda belooft onder andere ‘zuurstok’ en ‘hondenpoep’.
Dit is een stukje van de Lindenbloesemroute, een stadswandeling die werd ontwikkeld door geurarchitect Tanja Schell voor Maastricht — Gids voor de zintuigen van Marres Maastricht, samengesteld door Hanne Hagenaars. In tegenstelling tot een folder van het VVV-kantoor is het lezen van deze stadsgids een ervaring die op zichzelf staat, maar voor de buitenissige toerist die daadwerkelijk op pad wil valt er genoeg te beleven. Ooit overwogen om je tent op te zetten tussen de sociale huurflats in het Maastrichtse Caberg? Deze gids wijst je de beste plekjes om dit te doen, en waar je in de wintermaanden voor twee euro kunt midgetgolfen na een maaltijd in een Chinees restaurant waar altijd ruimte is.
Maastricht — Gids voor de zintuigen is het resultaat van de bijdragen van een scala aan schrijvers, kunstenaars en bewoners van Maastricht, en deze grote verscheidenheid zie je zowel in de vorm als in de inhoud van de gids terug. De opmaak is intuïtief en heeft op het eerste gezicht geen duidelijke structuur, een beetje zoals het knip- en plakwerk van een scrapbook. Het maakt de gids intiem, alsof je aan de hand word genomen door de mensen die er aan meewerkten en je éen op een deelgenoot wordt van hun fascinaties. De stad wordt aan je gepresenteerd als een gesamtkunstwerk waarin allerlei elementen je zintuigen waard zijn, van de Pieterberg tot de vele lindebomen en de hondenpoepveldjes in de buitenwijken.
Neem Enjoy details van Yeb Wiersma, een onderdeel binnen de subcategorie Botanica (de stadsgids heeft onder de schijnbare wanorde een thematische opbouw, Smulpapen, Het zesde zintuig, enzovoort). Tijdens Wiersma’s zoektocht naar informatie over invasieve plantensoorten kwam ze op het spoor van het verhaal van August de Wever, een zonderlinge huisarts die bezeten was van het verzamelen en categoriseren van gedroogde planten, en meer interesse had in de variëteit tussen verschillende soorten varens dan in de emoties en eigenaardigheden van zijn patiënten. Wiersma beschrijft hoe ze in het Natuurhistorisch Musem Maastricht op zijn archief stuit, met meer dan zestigduizend geïndexeerde plantensoorten uit de omgeving Maastricht, en geeft de lezer een kijkje in de persoonlijke documenten van De Wever, uit de jaren 30 van de vorige eeuw; een zwart-wit foto van een zeldzame varen, correspondentie over menstruatiestoornissen, ondergekrabbelde plaatjes uit brave pin-up-tijdschriften.Je hoeft niet met dit boek naar Maastricht af te reizen om er iets aan te hebben. Het is boven een stadsgids ook een ode aan het detail en een pleidooi voor een andere manier van kijken, waarin aandachtig waarnemen de toon voert boven het passief incasseren van het voor de hand liggende. Het is niet zo dat het alledaagse in het zonnetje wordt gezet, maar eerder dat de scheidingslijn tussen wat alledaags is, en wat bijzondere aandacht verdient, wordt opgeheven. In wezen kun je dit democratiserende, egaliserende perspectief overal toepassen, voor jezelf inzetten als een instrument. Hoe zou het zijn om een bus of tram te pakken en uit te stappen op een plek waar je nog nooit bent geweest, zoals een winkelcentrum buiten het stadshart? Misschien eet je wel de lekkerste bamibal die je ooit geproefd hebt, of doe je een observatie die later van waarde blijkt te zijn. De gebouwen onderweg van je huis naar je werk, heb je daar wel eens goed op gelet? Misschien zit de schoenmaker waar je altijd gedachteloos langs fietst wel in een bijzonder Jugendstilgebouw, en heeft de man die jouw schoenen voor de kost repareert een verhaal.Door de indeling van het boek toont de lees- en kijkervaring parallellen met het daadwerkelijk verkennen van een stad die je nog niet kent. Je bladert, loopt drie keer hetzelfde rondje, want de hoekjes en verborgen schatten hebben zich nog niet aan je ontvouwen. Het is geen gids die je gemakshalve meeneemt om er beslissingen aan over te laten, maar eerder een eigenzinnige atlas die je als gereedschap kan inzetten.
Het boek Maastricht — Gids voor de zintuigen is uitgegeven door Marres Maastricht en samengesteld door Hanne Hagenaars.