**** Other.Worldy
Zwemmen met een krokodil: de expositie Other.Worldy neemt een diepe duik in de wonderbaarlijke onderwaterkunst.
Waar kijk ik naar? Waar kijk ik naar? Die vraag gonsde door mijn hoofd, toen ik ooit voor het eerst de filminstallatie (Un)common intimacy van Jessica Segall bekeek in een Amsterdamse galerie. Een vrouw in badpak, rode pumps, rode nagels, die onder water knuffelt met een krokodil en een tijger. Waar kijk ik naar? Is dit echt? Maar hoe dan?
In het Fries Museum keek ik opnieuw naar die eindeloos fascinerende films van Segall in de tentoonstelling Other.Worldly, vol kunst over de wereld onder water. Inmiddels dacht ik te weten wat ik zag. In de galerie had ik uit de zaaltekst begrepen dat de kunstenaar was opgeleid om met wilde dieren te zwemmen. Gave superpower leek me dat. In het Fries Museum begreep ik dat niet alleen Segall is getraind, maar vooral de dieren. Ze leven in een Amerikaans privénatuurreservaat en worden ‘gebruikt’ in films.
Ineens is de zinnelijke overgave die ik bij de krokodil dacht te zien geen overgave meer maar angst. Het dier moet onder dwang hebben geleerd niet toe te happen. En zelfs in die wetenschap blijven de beelden intiem. Door het vertrouwen, de vertraging, het gedempte onderwatergeluid. Het vreemde beeld van zo’n koude krokodillenklauw in twee warme mensenhanden, dat laat me niet meer los. Dit is een droomwereld, een fantasiewereld, onwerkelijk gevaarlijk maar vooral: raar. Waar kijk ik naar?
Die vraag spookt op de mooie tentoonstelling vaak door mijn hoofd. Samensteller Hanne Hagenaars, vorig jaar aangetreden als conservator moderne en hedendaagse kunst in het Fries Museum, heeft in Leeuwarden kunstwerken uit de hele wereld verzameld die zich niet vlug laten lezen, maar die wel meteen verleiden. Waar je even bij moet stilstaan, om je bijvoorbeeld af te vragen: zie ik nu een zeeanemoon, een vulva of een Venus in die tekeningen van Kinke Kooi? Kijk ik naar slagroom of schelpjes in de ‘toefjes-kunstwerken’ van Robbert Weide?
Die aangename verwarring is welkom bij het onderwerp dat de hedendaagse kunst al een poos doordrenkt: water. Grote internationale tentoonstellingen zoals de laatste Biënnale van Venetië waren vol van water als plek van ecologische en humanitaire rampen. Soms leidde dat tot simpele clichés (denk: een maatschappijkritische sculptuur van bubbeltjesplastic) of zelfs vluchtelingenkitsch (denk: een glinsterende sculptuur van reddingsdekens).
Niets van die clichés nu in Leeuwarden. Toch is het kunst die diep met de wereld van nu meevoelt, soms een aanklacht is. Neem de wonderbaarlijke film van Broomberg & Chanarin The bureaucracy of angels uit 2017. Hoofdpersoon is een angstaanjagende maar ook meelijwekkende Siciliaanse sloopmachine die vluchtelingenboten met haar machtige metalen kaken moet vermalen, maar eerst een ballade zingt over de ‘hel’ waarin ze is terechtgekomen.
Veel van de kunstwerken zijn gemaakt uit fascinatie voor wat zich onder het oppervlak afspeelt, de schoonheid en de pijn van wat verborgen blijft. Schoonheid bijvoorbeeld in de onderwaterfoto’s van Elspeth Diederix, pijn in de grote installaties Osedax (2010) van Ellen Gallagher en Edgar Cleijne. Zij maakten een grote video-installatie die je moet betreden alsof je in de buik van een abstracte walvis stapt.
Osedax bestaat uit muziek en getekende animatiefilms over wat diep in zee is verborgen, zoals de geschiedenis van Afrikanen die stierven bij de rampzalige overtochten tijdens de slavenhandel. Mensen die werden verhandeld, mishandeld en vermoord met de zee als getuige, die alles toedekt met haar weerspiegelende oppervlak. Waar kijken we naar als we naar de zee kijken? Deze tentoonstelling presenteert eigenlijk geen ‘andere wereld’, zoals de titel Other.Worldly suggereert, maar een andere manier van kijken.
EAN PAINLEVÉ
Ook in de tentoonstelling: twee korte films van Jean Painlevé (1902−1989), een Franse fotograaf en filmer die in de ban was van onderwaterbeesten én van het surrealisme. Een combinatie die eigenlijk niet zo vreemd is, want wat is er surrealistischer dan een zeepaardje of een octopus? In zijn films combineerde Painlevé wetenschappelijke observaties – als bioloog wist hij waar hij naar keek – met esthetische effecten en muziek. Hij maakte zo’n tweehonderd films, maar werd daarmee nooit zo bekend als zijn tijdgenoot Jacques-Yves Cousteau (1910−1997). Op YouTube zijn veel fragmenten uit zijn oeuvre terug te vinden, waaronder een fascinerende bovenwateropname waarin Painlevé met behulp van slow motion en terug- en vooruitspoelen probeert vast te leggen hoe een lopende duif precies beweegt.
BEZOEK UIT LONDEN
Een heel bijzonder bruikleen in de tentoonstelling is de reusachtige tekening Bird in hand (2006) van Ellen Gallagher uit de collectie van het Tate Modern in Londen. Het werk laat een figuur zien die is gebaseerd op de wraaklustige kapitein Ahab uit Moby Dick. Dit kunstwerk is gevoelig voor licht en is daarom tot en met 12 oktober te zien.